De verkiezingen in de Verenigde Staten lieten opnieuw zien hoe lastig het voor politieke tegenstanders is om met elkaar samen te werken. Hoe kan het toch dat we het over bepaalde dingen niet eens lijken te worden? Als je politieke discussies aanhoort lijken de tegenstellingen soms onoplosbaar. Zo kan het in Nederland voor sommige linkse stemmers onbegrijpelijk zijn dat er mensen op rechtse partijen stemmen en andersom. Het kan zelfs lijken alsof politieke tegenstanders een andere taal spreken. Samenwerking tussen politieke partijen wordt hierdoor bemoeilijkt. Het lijkt soms zelfs alsof mensen de wereld anders ervaren. Ze zien andere maatschappelijke problemen. En als ze het wel eens zijn over welke maatschappelijke problemen er zijn, dan zijn de oplossingen compleet anders. Kunnen we vanuit een psychologische invalshoek iets over deze politieke tegenstellingen zeggen?

Persoonlijkheid

Persoonlijkheidseigenschappen hebben invloed op de manier waarop de wereld wordt ervaren en geïnterpreteerd. Mensen die hoog scoren op neuroticisme bijvoorbeeld ervaren de wereld als een gevaarlijkere plek dan mensen die minder neurotisch zijn. Het lijkt erop dat persoonlijkheid op een vergelijkbare manier invloed heeft op de manier waarop je politieke of maatschappelijke kwesties interpreteert. Zoals Sander in zijn blog schreef kan iemand zijn persoonlijkheid een voorspeller zijn van politieke voorkeur.

De persoonlijkheidstrek consciëntieusheid zou daarbij een belangrijke voorspeller zijn van conservatieve rechtspolitieke opvattingen. Iemand die op een big five persoonlijkheidsvragenlijst hoog scoort op consciëntieusheid zal dus vaker op rechts-conservatieve partijen stemmen. Zoals je misschien wel weet is persoonlijkheid voor een deel erfelijk en zal deze steeds stabieler worden naarmate iemand ouder wordt.

stemmen verkiezingen politiek
Ulrike Leone via Pixabay

Morele instellingen

Jonathan Haidt is een Amerikaanse sociaal psycholoog en zijn belangrijkste studiegebied is de psychologie van moraliteit en morele emoties. Hij heeft onderzoek gedaan naar andere persoonlijkheidseigenschappen die met politieke voorkeur samenhangen. Hij vond een vijftal persoonlijkheidseigenschappen waarmee hij de politieke voorkeur van iemand redelijk kon voorspellen. Deze persoonlijkheidseigenschappen noemde hij morele instellingen. Een score op een van deze eigenschappen geeft aan hoe belangrijk iemand een bepaalde morele waarde vindt. Hij onderscheidde de volgende morele instellingen: schade en zorgen voor, eerlijkheid, in-groep, puurheid en autoriteit.

Wat opvalt is dat zowel conservatieven als progressieven twee morele instellingen gemiddeld als even belangrijk classificeren. Schade en zorg, en eerlijkheid. Schade en zorg hoort bij de overtuiging dat je mensen niet mag beschadigen en moet zorgen voor mensen die zorg nodig hebben. Eerlijkheid betreft de waarde dat mensen horen te krijgen wat hen toekomt. De implicatie van deze overeenkomst is dat het erop lijkt dat politieke tegenstanders onenigheid kunnen hebben over wát precies een eerlijke verdeling is, maar het streven naar eerlijkheid lijkt in dezelfde mate aanwezig.

Wat betreft de morele instellingen in-groep, puurheid en autoriteit lijken conservatieven en progressieven wel te verschillen. In-groep geeft aan hoe loyaal of trouw iemand is aan zijn sociale groep. De boodschap dat rechts-conservatieve stemmers meer waarde hechten aan hun in-groep klinkt niet zo vreemd zodra je dit in het licht ziet van standpunten over immigratie. Rechtse of conservatieve stemmers zijn tenslotte meer terughoudend over immigratie.

Puurheid heeft te maken met het belang dat wordt gegeven aan het behouden van morele zuiverheid en het voorkomen van sociale besmettingen. Dit past bijvoorbeeld bij conservatisme wat betreft het behouden van klassieke normen en waarden.

Autoriteit heeft te maken met de waarde die verleend wordt aan gehoorzaamheid en respect binnen hiërarchische relaties. Dat conservatieven hier gemiddeld meer waarde aan geven is in overeenstemming met de grotere nadruk die rechts-conservatieve partijen leggen op het handhaven van de orde of de rechtstaat. Jonathan Haidt stelt dat deze morele instellingen een relatief stabiele persoonlijkheidstrek zijn.

stemmen verkiezingen politiek
Element5 Digital via Unsplash

Een andere manier om naar dezelfde wereld te kijken

Klinkt interessant allemaal, maar wat moeten we hier nu mee? Politieke tegenstanders verwijten elkaar regelmatig geen verstand van zaken te hebben, uit eigenbelang te handelen of verkeerde doelen na te streven. Natuurlijk kunnen deze zaken een rol spelen, maar het is niet het hele verhaal. Er is meer en veel daarvan gebeurt op een onbewust niveau. Mogelijk interpreteert jouw politieke tegenstander de wereld anders dan jij en hecht deze meer waarde aan andere zaken. Jouw politieke tegenpool heeft niet per se andere feiten, snode plannen of is gewoon dom. Wel verschilt deze waarschijnlijk van jou in zijn of haar persoonlijkheid en morele instellingen.
Misschien komt dit inzicht van pas op het moment dat je in maart jouw verontwaardiging wilt uiten, omdat je niet kunt begrijpen hoe mensen in hemelsnaam op dié (!) partij hebben kunnen stemmen.

Jonathan Haidt spreekt zelf over liberalen en conservatieven. Deze woorden zijn moeilijk te vertalen naar de Nederlandse politieke context. Liberaal is door mij vrij vertaald naar links of progressief en conservatief naar rechts of conservatief. Deze niet-perfecte vertaling is voor de boodschap van het stuk onbelangrijk.

Bronvermelding:
Haidt (2012). The righteous mind: Why good people are divided by politics and religion. Pantheon/Random House

Geschreven door Jochem Noordberger

Jochem Noordberger studeerde Toegepaste Psychologie, Klinische psychologie en Theorie en Geschiedenis van de Psychologie. Op het moment werkt hij als psycholoog in de specialistisch GGZ en doet onderzoek naar gemeenschappelijke effecten van psychotherapie aan de Rijkuniversiteit Groningen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *